Dolomieten-2009

Dolomieten

20 mei 2019 tot 2 juni 2019

GA SNEL NAAR


20 mei
21 mei
22 mei
23 mei
24 mei
25 mei
26 mei
27 mei
28 mei
29 mei
30 mei
31 mei
1 juni
2 juni

 

Woensdag 20-mei 2009

Na ruim 5 maanden verheugen en mopperend en juichend met behulp van Mapsource, Tyre en de ondersteunende mogelijkheden die Google biedt routes uitvogelen was het vanmorgen om 7.00 uur eindelijk zover. Bepakt en bezakt richting zuiden.

We hadden een lange weg voor de boeg. We wilden Duitsland door via de snelweg om toch zo snel mogelijk in de bergen te zijn.
En daar zijn we nu. 763 kilometer verder! Een enorm eind, maar daar hebben we de tijd voor genomen. Zo’n beetje iedere 100 km gestopt, want motorrijden is toch wel iets anders dan met de auto. Maar alles zat mee. Perfect weer, veel zon, licht bewolkt, weinig wind en steeds wat warmer (dus steeds een laagje minder aan). Tot het uiteindelijk naar schatting tegen de 30 graden liep en we alleen nog maar het motorondergoed en natuurlijk onze motorpakken aan hadden. Vakantie dus!!

Na het eerste minder spannende stukje Ruhrgebied kwamen we al snel in de Eiffelheuvels en later het Schwarzwald. Toen even wat vlakker tot opeens in de verte de echte bergen zichtbaar werden, met besneeuwde bertoppen. Prachtig, bij Füssen reden we er zo in. Joepie!!. Dit wordt een mooie vakantie.
Om 18,30 uur, na 11,5 uur dus kwamen we aan in Pfunds. Uit het reisverslag van Panneman hadden we ontdekt dat in Pfunds een goed hotel moest zijn. Het hotel Schöne Aussicht in Pfunds bleek een uitstekende keus (http://www.schoene-aussicht-pfunds.at). grote kamer, zalige douche (heel belangrijk na zo’n rit) goed eten en ’t doet zijn naam eer aan.
Het uitzicht vanaf de kamer mag dan prachtig zijn, maar lang genieten we er niet van. De dag is lang genoeg geweest en om 22.00 uur ploffen we in bed. Morgen 300 kilometer voor de boeg en nu geen autoweg maar berpassen en Zwitserse en  Italiaanse binnenwegen.

Donderdag 21 mei 2009

We zitten in ons appartement en dat is perfect! Maar even bij het begin beginnen.Gisteren al om 22.00 uur naar bed dus de wekker mocht om 6.30 uur aflopen. Prima geslapen, goed ontbijt en na een hoop gekeutel (ja.ja, inpakken voor de motor is erg leuk) tegen 9 uur weg voor de route van 300 km naar Tenna. Niet via de Steviopas of het Timmelsjoch. Deze zijn beide nog gesloten vanwege de vele sneeuwval maar we hebben een route uitgezet via St. Moritz.

WegwijzerBij het hotel waaide het erg hard, dus het leek vandaag spannend te worden, maar kennelijk was het vooral in het dal zo. En los van die wind was het weer fantastisch. Licht bewolkt, veel zon en dat maakte de Zwitserse (daar waren we al snel) bergtoppen nog mooier. Op ons gemakje richting St. Moritz gereden. Van daar af ging het de eerste pas op. De Benina-pas, 2320 m hoog. Prachtig! Een flinke klim, maar wat een trein kan (jawel, zwoegend tot boven) was voor ons Panneke natuurlijk een eitje. Uiteraard was het daar een stuk kouder. Er lag nog flink sneeuw. Een paar kleine meertjes begonnen langzaam te ontdooien. Wat prachtig allemaal. Overigens lang een rivier gevolgd die op stukken enorm hard stroomde, gevoed door flinke hoeveelheden smeltwater. Vanaf de Bernina-pas reden we zo Italië in. Bongiorno!!!!Tegen die tijd was het echt tijd voor een kop koffie. Eigenlijk was dat al eerder zo, maar ja we hadden geen Zwitserse Francs, maar direct achter de grens in Tirano, een terrasje en meteen echt Italiaanse koffie: tweeslokjes hele sterke! En in de korte tijd dat we er zaten werd het van 24,5 graden 26 graden. Echt vakantie ) en lang leven de komende dagen als we niet meer noodgedwongen een hoop kleding aan hebben….. Verder via de Apica-Pas (kleintje, 1162m). Daar begon het langzaam een beetje te betreken. We hebben het de hele dag droog gehouden maar daar zag het op dat moment even niet naar uit..
In Eddo was ’t tijd voor de lunch en daar hebben we (wel bij een zalige pizza) angstvallig naar de grijze lucht zitten kijken. Doorgereden naar de volgende pas, de Torale-pas (1883 m). Op zich een  hartstikke mooi maar ’t plaatsje op de top (Torale  dus) bleek een enorm ski-oord, één en al hotel, appartementen, restaurants en kale  ski- hellingen en dat zit er erg mistroostig (en dus knap lelijk) uit als ’t allemaal dicht is vanwege de “zomerstop”. Beetje jammer. Terug naar beneden knapte het langzaam weer op.

In de buurt van Cles weer een tussenstop, alleen maar op ’n parkeerplaats om een prachtige omgeving te fotograferen. Tussen al die hoge  bergen ’n aantal lagere, vlakkere heuvels, vol appelgaarden en een paar van die echt zuidelijke dorpjes, met vlakke rode daken en ’n mooie licht stenen kerktoren. En zo hobbelen we langzaam maar zeker richting Tenna. Bij Trento was “Garminneke nog even de kluts kwijt, maar wij niet, dus we kwamen er toch wel. tegen half 6 kwamen we aan. En we hebben even staan glunderen met z’n tweetjes.
Prachtig studiootje op de tweede verdieping, mooi balkonnetje en vooral een prachtig uitzicht! En dat met heerlijk zomers weer, dus niets meer te wensen.
Hier aangeschoven bij ’t diner, heerlijk gegeten en dit schrijf ik nu op ons balkon, bij ’t indringende geluid van ’n boel krekels en  tot twee minuten geleden ook nog van de gasten op ’t terras, maar dat maakt ’t gezellig. Na  al die kilometers van vandaag lassen we morgen een rustig dagje in. Beetje de omgeving verkennen. Ik “joepie” me wat af!

Vrijdag 22 mei 2009

Wat je ’n rustig dagje noemt! Een route van ongeveer 150 kilometer, niet erg lang dus, maar wel spectaculair!

Vanmorgen eerst rustig ontbeten en daarna even de motor opgestapt om boodschappen te doen (na 3 rondjes heen en weer door ’t dorp bleek de supermarkt 300 meter van ’t hotel te liggen), nog even koffie gedronken en toen de motor op voor ’n rustig tochtje. Via Caldonazzo naar de 349 naar Lavazone. Verder de 349 (erg mooie weg richting Asiago gereden. Truuske was ’t weer even kwijt, maar we reden rustig door. Verdwalen is knap lastig op zo’n bergweg. Nog voor Asiago in westelijke richting van Roana naar Castelletto. Pas later zagen we hoe die weg en dorpjes op een soort plateau lagen. Vanaf Castelletto ging ’t met zo’n 20 haarspeldbochten (“hier naar beneden kijken? De groeten!”) een flink end naar beneden. Daar was het tijd voor een korte stop om even later aan de kant van ’t (daar erg smalle dal) weer naar boven te klauteren. Over een weggetje dat niet op ANWB kaart stond, want verboden was voor alle verkeer, maar dat toch weer naar een normale  weg leidde. En ’t bleef maar klimmen. Nog even een stop in Tonezza del Cinone van waar we een mooi uitzicht hadden op Castello en de  weg naar beneden. Toen weer door, niets vermoedend de Garmin volgend (die wist ’t weer), Verdikke: ’n bord met weg gesloten na 3 km.. Rij toch maar even, wie weet is ’t mooi. Toen we bij de echte wegafzetting gekomen waren en nog wat foto’s en film gemaakt hadden kwam er een andere motorrijder. Volgens hem konden we wel doorrijden. Auto’s konden er niet door maar voor de motor was er geen probleem. Hup dan. Wat een geluk dat hij ons dit vertelde want de weg was geweldig. Nog niet zomer klaar: nog flinke stroken sneeuw van dik 1,5 meter, stenen op de weg, halve bomen, vangrails nog verbogen door de zware sneeuw, maar overal begaanbaar genoeg. Soms wel zo smal dat een  tegemoetkomende motor moest wachten tot we gepasseerd waren. 1,5 meter is niet breed genoeg voor 2.
Eerste stuk naar beneden leek het nog echt winter. Dik pak sneeuw, het hele dennenbos vol. Prachtig!

Verder naar beneden werd ’t met de minuut warmer. Via Folgania langs ’t Castel Beseno terug naar ’t dal waar ’t 36°C bleek! Zomer dus! Inmiddels aardige trek gekregen, dus even een broodje gegeten bij een fietsers-eettentje/terrasje en toen langs Trento weer terug naar het hotel. En de douche was weer heerlijk.
Even twee uurtjes wat gelezen en gedut en daarna naar Caldonazzo voor een hapje eten. Niet erg bijzonder, maar het smaakte best. terug nog even via wat plaatsjes gereden (om even te zien waar leuke restaurantjes waren….) en nu zitten we weer lekker op ons balkon.
Oh, ja, de sigarenlucht van een buurman doet me er aan denken dat ’t hier op veel plekken heerlijk naar jasmijn ruikt. ’t Stikt hier van die bomen en ze staan allemaal in bloei. Heel bijzonder.

Zo weer op tijd naar bed, want morgen gaan we de langste route doen, maar misschien ook wel de mooiste: echt de Dolomieten in met meerdere flinke bergpassen. Spannend!

.

Zaterdag 23 mei 2009

Wat  een ongelooflijke rit! Vermoeiend maar zo mooi!

Na ’t ontbijt de vaat in de gootsteen en weg. Nog even tanken. De eerste 220 kilometer door ’t dal over de doorgaande weg en toen de bergen in. Het begon een beetje apart. Eerst nog gewoon door mooie dorpjes (Strigo, Bieno, Pieve) en toen kwamen we op een weggetje ( De SS79a, die a was vast een slecht teken) dat wel heel erg binnendoor ging. Smal, steil, belabberd wegdek dus slecht begin van ’n moeilijk (qua rijden) dagje. Het kwam uit bij Passo di Brocon. Was de bedoeling, maar niet met zozeer de kortste weg…. Bovenaan even bijgekomen, even diep gezucht en toen weer verder. Nog een stuk verder naar beneden en toen eerst koffie. Op ons gemakkie in een dorpje waarvan we de naam niet meer vinden, op ’n terrasje.

Toen weer de motor op voor de eerste echte pas: de Passo di Rolle. De Giro d’Italia was daar net geweest en voor de gelegenheid hadden ze de weg aardig opgeknapt. Dit waren de echte Dolomieten! De eerste loodrechte kale rotsen torenden boven ons uit. Ongelooflijk indrukwekkend. Via San Martino di Castrozza (weer één van die mooie maar uitgestorven ski-oorden) naar boven gekronkeld. Bijna boven nog even ’n stop gemaakt waar ’n paar leuke Duitse kerels een foto van ons tweetjes maakten en hup, ’t laatste stukje. Overigens veel wielrenners op de weg. Petje af hoor! Wat ’n klim! Uiteraard was er een cafeetje-souvenirwinkeltje boven maar daar zijn we alleen even stil blijven staan voor een foto,toen weer door. De weg naar beneden was net zo prachtig, naar beneden draaiend kijk je natuurlijk mooi ’t dal in. In Falcade gestopt voor een heerlijk warm broodje. Door richting Alleghe en van daaruit naar de volgende pas: de Passo di Giau. Zo mogelijk nog mooier! Bovenop had je bijna rondom zicht, en net wat hoger dan veel bergen erom heen, dus je keek zo over al die toppen heen. Prachtig!! Even de tijd voor genomen, even staan genieten in de koude wind. Weer naar beneden (nou ja, relatief dan want ook “beneden” zaten we telkens op zeker 1000 meter), de grote Dolomietenstraat op. Over de Passo di Falzarego via Arraba de Passo Pordoi op. Allemaal even prachtig. We waren overigens niet de enigen die het mooi vonden deze dag. Het stikte van de motorrijders. En af en toe een enkele auto. De Pordoi op werden we zowaar ingehaald door drie Porsches die even werden uitgelaten. Nou, die zijn ervoor gemaakt kennelijk! Met ’n wegligging als ’n huis sjeesden ze door de haarspeldbochten alsof ’t niks was. Daarna de Passo di Sella. Ook weer prachtig tussen de massieve rotstoppen. De Passo di Gardena en Passo di Campolongo hadden er achteraan moeten komen, maar dat ging niet door. Open van 21.00 uur tot 14.00 uur. ??? Vreemde tijd. Het was natuurlijk al lang 14.00 uur geweest, dus omgedraaid. De Sella nog ‘ns gereden en toen maar weer eens zuidwaarts. Stuk Dolomietenstraat Zuid-Tirol in. Toen de laatste pas op, de Lavazejoch. Niet erg dat ’t de laatste was, want de vermoeidheid begon toch wel ’n beetje toe te slaan, zo tegen 18.00 uur. In Cavalese (erg mooi stadje) gestopt voor ’n snelle maaltijd en door naar Tenna. Dat ging wel nog via een ongelooflijk mooi gebied. De weg ging voortdurend op ongeveer dezelfde hoogte halverwege (of nog wat hoger?) over de bergen en rechts zagen we soms ineens dat we naast een enorm diep gat reden. Alle dorpjes, aan onze en in de verte aan de overkant, lagen hoog. Beneden was ’t te smal, daar stroomde alleen de rivier door het bos. Uiteindelijk werd ’t iets breder en de hellingen wat minder steil, bleek er plek voor grote wijngaarden en wat grotere dorpjes. Nog wel een idee om daar nog eens te rijden, dan de andere kant van het dal. Prachtig! Tegen 21.15 uur waren we weer terug. Hartstikke kapot maar wat een dag!!

Zondag 24 mei

Vanmorgen lekker op ons gemakje gedaan na de zware dag van gisteren. Beetje huishouden, motor beetje gepoetst en verslag geschreven. Tegen 12 uur naar het Gardameer gereden. We wilden nog eens terug naar Cassone,
waar we vier jaar geleden op de camping stonden. Recht toe, recht aan naar het Gardameer gereden, naar Riva del Garda. Je weet meteen dat je het bereikt hebt: supertoeristisch, hotels, restaurantjes, winkeltjes en een flink pak volk. Zowel op ’t water als aan de mini-(mini-mini-mini-)strandjes. Maar toch nog steeds prachtig. En Cassone en “ons plekkie” daar vonden we ook. Dat plekkie was niet de camping maar ’n paar bankjes onder twee grote kastanjes aan het piepkleine oude haventje.  Zalige plek! Het was 30°C, maar daar zaten we in de schaduw met een heerlijk verkoelend windje. Tussendoor even ’n klein hapje gegeten bij een restaurant waar we toen ook eens waren en weer terug naar ’t bankje voor nog een half uurtje simpel genieten. weer rechtstreeks terug gereden want de wolken werden stiekem een beetje dikker en we hadden, omdat het zo warm was, maar eens gezondigd en geen motorbroek maar spijkerbroek aan en ook geen regenkleding meegenomen. Maar we waren op tijd weer terug. Ons balkon lag pal in de zon en was dus nog wat warm, maar beneden op het terras was ’t wel uit te houden. Tot het zo hard begon te waaien dat ik als de sodemieter wat gewassen shirts van het balkon moest halen. Net op tijd want toen barstte het los. Eerst dikke hagelstenen, toen ’n plens water en daarna nog ’n lichte regen. Niet meer de motor opgegaan voor de maaltijd maar pizza gehaald bij de pizzeria 300 meter verderop toen ’t weer droog genoeg was.

Maandag 25 mei 2009

Vandaag route Tenna Noord-West. We zitten hier wel echt in een omgeving met heel verschillende uitzichten! Dat maakt het verslagleggen soms wel lastig, maar een paar geweldige plekken staan genoeg in ons geheugen gegrift om te reproduceren. In ’t begin van de rit was Truus wel weer even aardig de kluts kwijt. Kennelijk wat warm… Na een boel gekriskras en een eerste kop koffie in Mezzolombardo naar Lago di Tovel gereden. Waren we toch zomaar even terug in Canada! Prachtig! Mooie smalle weg  naar boven en daar een meer dat zo in de Rockies had kunnen liggen. Blauwgroen water, dikke plak sneeuw tot aan de oever en bossen en besneeuwde rotstoppen. Het was erg heet dus dat water lokte me enorm.  Dus motorbroek uit, onderkleding opgerold en met de blote pootjes ’t water in. Maar dat bleek wel heel erg koud! Deed bijna zeer. Maar wel lekker. Nog even van de zon zitten genieten, van de kristalheldere beek, nou ja, van de hele omgeving. Toen weer de motor op om na een tijdje weer in een heel andere omgeving terecht te komen: eerst nog wat wijngaarden en toen de Betuwe in het kwadraat. Appelbomen zo ver als je kijken kon. Helaas nog te vroeg in ’t jaar om ze te jatten (en te laat voor bloesem, moet ’n geweldig gezicht zijn). Prachtig gezicht, die hellingen in de zon, kleine dorpjes ertussen. Weinig toeristisch, kennelijk ging alle aandacht uit naar de appelteelt. Vervolgens toch weer de hoogte in, een pas door de bossen naar Madonna di Campiglio, alweer een ski-oord. Meeste zaken waren gesloten maar ergens kon er toch ’n broodje af. Terug naar beneden voor nog ’n ommetje, dit keer naar Val di Genova. Om bij ’t eindpunt te beginnen: een hooggelegen kom van bergtoppen en van alle kanten stroomde smeltwater naar beneden. Om daar te komen reden we illegaal om ’n slagboom heen een niet overal even prettig (gaten, steentjes enz) maar wel overal even mooi bergweggetje op. Bijna boven lagen wat huisjes en een prachtig verzorgd kapelletje, nog wat hoger wat berghutten. Verder gingen we maar niet meer, lang genoeg gefoeteld. Maar erg de moeite waard. Mooimooimooi!!! Weer verder gereden, nog een stukje zuidelijk en toen in oostelijke richting, naar Tenna. Inmiddels begon ’t wel al aardig te betrekken en leken er flinke onweersbuien te ontstaan. Die wilden we niet meemaken dus tempo wat opgevoerd. Maar tussen ons en Tenna lag wel nog de Monte Bondone. De weg naar boven ging tamelijk gesmeerd. Wel haarspeldbochten maar met flinke halen omhoog dus dat ging lekker, al waren we inmiddels allebei aardig moe. Toen naar beneden en dat was een gekronkel van jewelste. Mooi hoor, maar m’n chauffeurtje had “de pijp leeg”….en ik ook…. Dus ’t ging wel nog even met een extra tussenstopje. Beneden reden we Trento in. Doorgereden naar Pergine om daar wat te eten. Leuk restaurantje gevonden en toen we net besteld hadden zagen we twee mede-hotelgasten. Die zijn bij ons aangeschoven, waarna we een ontzettend gezellige avond hadden. Zo gezellig dat de lichten uitgingen en de chef al alles afsloot en vertrok, maar ons maande vooral lekker op het verder verlaten terras (en net zo verlaten pleintje)te blijven zitten. Toch maar gegaan, zo in ’t donker was ook weer zowat….

Dinsdag 26 mei 2009

Vandaag weer ’n tandje minder. We hadden een tip van de buren gekregen voor een mooie pas in de buurt. Dus na op ons gemak te hebben ontbeten en de route te hebben uitgestippeld zijn we op de motor gestapt. Eerst richting Lavis en vervolgens noordelijk via diezelfde prachtige vallei als we het laatste stuk van de Dolomitenpasroute hadden gereden, maar nu aan de andere kant van het dal. Nog steeds prachtig (en erg warm). Rustig naar boven geslingerd en in Capriana gestopt voor een groot glas koude cola (voor koffie was ’t echt te heet). Kennelijk zagen we er hongerig uit want we kregen er spontaan wat chips bij. Niet erg. Doorgereden en net achter Molina de Passo di Manghèn op. bleek een geweldige tip! Ongelooflijk mooi. Kennelijk niet zo door iedereen ontdekt als bijvoorbeeld de Passo di Rolle of Pordoi. Inclusief onszelf hooguit 10 motoren gezien. En wat wegwerkers die de boel opknapten na de winter. Smalle weg door puur natuur. Niet zo groots als die bekende passen maar wel net zo mooi. Boven een hele tijd lekker zitten genieten van de rust. Gepicknickt, bloemetjes gefotografeerd en gewoon een beetje zitten turen. Kon niet beter. De weg naar beneden was uiteraard weer net zo mooi. Maar eenmaal echt beneden was het niet alleen mooi maar ook bloedheet. Op de doorgaande weg wat meer gas gegeven, maar dat betekende alleen een nog veel harder blazende hete föhn. Na 4,5 uur waren we weer terug bij het appartement. Lekker een siësta gehouden tot we ’s avonds nog een tweede keer met de buren gingen eten. Nog ’n gezellige avond gehad. Daarna bij ’t hotel nog even gespiekt hoe ze hun motor achter op de aanhanger zetten (vertrokken de volgende morgen) en bedacht dat dat toch wel een optie is voor de volgende keer. Op zich viel ons de reis naar Italië reuze mee maar dat zal ’n stuk minder leuk zijn als ’t regent en qua bagage is ’n auto natuurlijk ook stukken makkelijker. Nu heb ik, omdat het almaar zo warm is, twee truien aan de buren meegegeven. Als ’t nog zo warm is als we vertrekken en truien en voeringen echt te warm zijn, dan kan ik ze niet kwijt in de bagage. (maar we klagen niet!!!!)

Woensdag 27 mei 2009

Nu wel weer een grote tocht gereden: Gardameer Oost. Die was eigenlijk 370km en dat was wat lang, dus ’n klein beetje ingekort (hoeveel, geen idee). Dat maakte ‘m niet minder mooi want ook ’t nieuwe stukje ging slingerend door de bergen. Ook vandaag was ’t weer een prachtig gezicht, die combinatie van puur natuur, wijngaarden, riviertjes en bergdorpen. Deze keer er wel weer een heel andere streek bij gepakt. Een stuk zuidelijker, langs de rand van de Po-vlakte. Daar waren de heuvels kleiner, ronder, soms echt van die mooie bolletjes, met weilanden en bos in plaats van wijngaarden. Prachtige dorpen, hoog tegen de berg geplakt (waarbij je je soms afvraagt wat mensen daar in godsnaam doen). Het weer was deze keer wat minder stralend. Erg veel bewolking, vooral wat hoger in de bergen. Lange tijd hadden we daar geen last van, omdat we zo zuidelijk net op ’t randje van de zware bewolking zaten, maar een keer moesten we toch weer terug noordelijk, de bergen in. Of ’t weer daar een rol bij speelde weet ik niet maar we waren allebei toch wel een beetje eerder moe dan andere dagen, zo leek het. In Crespadoro, eind van de middag gestopt voor een cola. We zaten net toen ’t begon te druppelen. Verhuisd van terras naar cafeetje (vooral ook omdat bij ’t eerste alleen een ouwe hond keek welke nieuwe gasten er waren) waar we hebben zitten zoeken of we de 88 km naar huis nog wat konden inkorten, maar dat ging niet. De geplande route was al de snelste. En eigenlijk ook niet erg, want na die pauze konden we er weer even tegen en was ook dat stuk nog erg mooi. Thuis gekomen lekker zelf spaghetti gemaakt, wijntje erbij en heerlijk bij zitten komen.

Donderdag 28 mei 2009

Vandaag de hele dag de tijd genomen om bij te komen. Heerlijk rustig opgestaan, ontbeten, huisje een  beetje gepoetst, motor weer laten glimmen
en daarna vooral niet zoveel.
Dutje gedaan, geschreven en zo meteen pak ik m’n boek maar weer eens, terwijl we in de brandende zon maar met een verkoelend windje op het balkon zitten. Vanavond alleen even de motor op om een hapje te gaan eten. Vakantie………

Vrijdag 29 mei 2009

Na ons heerlijk rustdagje gisteren konden we vandaag weer een rit aan. Gardameer West dit keer. Eerst weer even Trento voorbij gesjeesd en toen tot onze verrassing (thuis weet je toch niet precies helemaal wat je zo plant met Google, kennelijk) weer de Monte Bondone op, die we maandag ook gereden hadden, maar aan het eind van een vermoeiende rit of fit als een hoentje bleek ’n wereld van verschil. Maandag was ons echt niet opgevallen hoe ongelooflijk mooi ’t daar was. Prachtig zicht op de vallei van Trento hadden we algauw en helemaal boven kwamen daar nog ’n hoop besneeuwde bergtoppen bij. Prachtig! En aan de andere kant bleek in de verte het Gardameer al  zichtbaar. Daar al bochtjes draaiend heen gereden. In Arco, onder een prachtig plekje onder de bomen aan de rand van het park, tijd voor een eerste pauze. En op naar het Gardameer. ’n Heel stuk langs de westelijke oever naar het zuiden gereden. Paar jaar geleden ook gedaan maar het blijft mooi, dat enorme water tussen de hoge rotsen. Wel erg toeristisch en aanmerkelijk drukker dan op alle andere plekken waar we zijn geweest, maar dat hoort er daar zo’n beetje bij. Niet erg. Ergens ’n kronkel “landinwaarts” gemaakt waar we destijds ook geweest waren, maar toen op hoop van zegen al turend op een volstrekt ontoereikende landkaart, nu iets beter gepland. Flink de hoogte in zodat we het meer ver beneden ons zagen. Daarna weer even terug naar beneden om vervolgens helemaal weg te rijden van het Gardameer, richting het Idromeer.Dat bleek even best een pittig ritje. Niet eens zo’n grote hoogteverschillen maar werkelijk alleen maar bochten. Alleen op twee bruggen ging ’t even 100 meter rechtdoor, de rest was slalom. En dan snapt ’t meisje ’t niet meer…. Halverwege een ietsiepietsie gefrustreerd gestopt voor een mini-picknick en eenmaal bij het Idromeer een cola en ijsje als toetje. Pfff… Het Idromeer was een oase van rust na het Gardameer, maar ja, eigenlijk ook wel echt ’n beetje minder mooi… De route was vanaf dat moment weer wat makkelijker, meer doorgaand verkeer. De weg vervolgd langs het Ledromeer. Dat was ook rustig, maar veel mooier dan het Idromeer (was onze bescheiden mening). Toen we daarna weer bij Riva del Garda kwamen was het zicht op het Gardameer ineens stukken minder. De wolken die al de hele dag dreigend boven de bergtoppen lagen waren naar beneden gedonderd en het regende flink boven het meer. Maar we bleven de regen voor. Richting noorden was het voor onze neus strak blauw, de grijze lucht lieten we achter ons. Op een gegeven moment gingen we van de doorgaande weg af, weer een pas op. Lekker in de zon alweer een prachtige weg omhoog. Bovengekomen kwam er een flard wolk voorbij waar we, dacht ik, zo onderdoor zouden rijden. Mis. Het bleek het voorste witte puntje van een enorme grijze wolk, gelukkig geen regenbui, die aan de andere kant van de berg omhoog kwam. En ineens was het nog maar een graad of 5. Niet gelogen, toen we er weer ’n beetje uitkwamen en het al ’n klein beetje warmer leek gaf een thermometer 10°C aan. Brrrrr…. Wel een apart gezicht als je daarna boven je dat dikke pak ziet en bedenkt dat je daar net midden in zat. Toen het laatste stukje naar huis over een weggetje dat Math dacht niet gevonden te hebben maar dat dus toch in de route zat. De Kaisersjägerstrasse of zoiets. In ieder geval een smal bergweggetje dat met een flink hellingspercentage naar beneden kronkelde en van waaraf we ineens een prachtig uitzicht hadden op de twee meren aan weerszijde van de heuvel waarop Tenna ligt. Adembenemend! Om 19.30 uur terug in ’t appartement, lekker gedoucht en weer ons eigen potje hier gekookt. Wel relatief vroeg weer binnen gaan zitten. We waren de afgelopen dagen verwend met erg warme avonden.Maar langzaam worden detemperaturen weer normaal (de hoge temperaturen van deze week schijnen hier zelfs hoog zomer echt niet vanzelfsprekend te zijn).

Zaterdag 30 mei 2009

Laatste hele dag hier. Omdat we de komende drie dagen nog een flinke thuisreis voor de boeg hebben vandaag rustig aan gedaan. Naar Bolzano geweest (da’s op en neer toch nog 120km maar goed).
Over de doorgaande weg gereden, geen ommetjes vandaag. Bolzano bleek de moeite waard. Heel gezellige stad. Uiteraard eerst een uurtje koffie gedronken op ’n terras bij de Dom. Daarna op ons gemakje rond gekuierd. Veel mooie gevels, huizen in allerlei frisse kleuren, een heerlijke versmarkt, heel veel winkeltjes (of winkels, veel van de panden bleken heel diep) en dat alweer met een lekker zonnetje, wat wilden we nog meer. Nou gewoon, nog ’n terrasje om ’t af te leren. ;o)
Tot slot de Dom nog bezocht (die was dicht tussen 12 en 2 dus we konden ook niet anders dan op ’n terras wachten…). Niet te laat weer terug naar huis gereden, want we moesten nog pakken zodat we morgenvroeg op tijd richting Zwitserland kunnen.

Terug in ’t appartement werd Math aangesproken door de bazin. Wat een oen ben ik. Vast in m’n hoofd dat we eerste Pinksterdag zouden vertrekken, bleek dat we vanochtend al weg hadden gemoeten. Nog even gespiekt op de uitgeprinte mail van thuis en jawel. Vertrekdatum: 30 mei. Oeps. God zij dank kwamen de volgende gasten morgen pas dus was het een kwestie van een nachtje bijbetalen.

Zondag 31 mei 2009

Nu dus alsnog weg uit Italië. Vanmorgen om 6.00 uur op en na ontbijt, laatste beetje pakken en kamer opruimen tegen 8.30 uur de motor op. Via Bolzano richting Merano. Daar vielen de eerste druppels dus de vanmorgen opgebonden regenpakken weer los gehaald en aangetrokken. Van de gelegenheid gebruik gemaakt om eerst nog even koffie te drinken (10.00 uur inmiddels). Uiteraard regende het niet meer toen we eenmaal compleet ingepakt waren…. Maar omdat er wel dikke grijze wolken tegen de bergen op lagen en we die dag nog aardig de hoogte in zouden gaan de pakken toch aangehouden. Maar goed ook want in de loop van de dag hebben we er erg veel profijt van gehad. Vanaf Merano eerst nog een aardig stuk min of meer doorgaande weg, tussen de bergtoppen in richting Zwitserse grens. Van daaraf de Ofenpass op, 2149 meter. Geoefend als we inmiddels zijn ging dat zelfs goed met een zwaar beladen motor. Mooimooimooi. Door naar de Fluëlapas op 2383 meter. Naar boven was het nog droog. Prachtige rit, heel erg ruig boven. Groot stuk kale rotsen en sneeuw. Bijna een soort maanlandschap, ontzettend indrukwekkend.Naar beneden was het dat ook, maar mede omdat we een behoorlijk dreigende bui tegemoet reden. En ja hoor: een sneeuwbui. En ijzel en hagel of zoiets en dus aardig koud inmiddels. Maar goed, als je af en toe stil moet staan voor een stoplicht (werk aan de weg) warm je weer even op. En verder naar beneden gaat ’t ook wel beter. Via Davos gereden, prachtige uitzichten op hoge besneeuwde rotstoppen (voor zover niet verdwenen in de wolken maar ook dan waren ze indrukwekkend). Ondertussen waren we weer meer dan lang genoeg onderweg voor een serieuze stop. In Sils was zomaar een conditorei open dus hebben we ons uit onze pakken gepeld en koffie gedronken en taart gegeten. Daar knapt een mens van op! Terwijl we daar even droog buiten hadden kunnen zitten begon ’t toen we weer op weg waren redelijk snel weer te regenen. Desondanks genoten. Mooie goede weg, reed lekker, prachtige omgeving en zelf goed warm ingepakt. En verrek, nog ’n pas voor de neus. De Oberalppasse.
Met die regen leek ’t ietsje spannender om naar boven te sjezen, maar we hadden alweer geluk. Boven was de weg droog, op wat smeltwatersporen na. En ondanks de bewolking weer leuk om de top te bereiken, waar nog hele dikke pakken sneeuw lagen en een leuke koe op ’t dak stond. En na al die kilometers braaf achterop ben ik ook maar ‘ns aan ’t stuur gaan zitten….
Oberalppasse bleek onze allerlaatste deze vakantie. Na de Gotthard gepasseerd te zijn stond de Sustenpass op ’t program maar die bleek gesloten. Tsja, dan moet je ’t program even omgooien…En dat moment koos Truus uit om de geest te geven. Flinke storing in geluid en de Garmin gaf allerlei rare meldingen. Na wat gepongel, gepruts en gepulk wilde het toch wel weer, zij het nog met wat ruis in de oren. Nieuwe plan: naar het noorden, richting Küssnach, aan het Vierwoudstedenmeer. En daar reden we vervolgens eigenlijk wat te enthousiast heen. Het was slim geweest om wat eerder een Gasthof op te zoeken want bij het meer waren natuurlijk alleen maar poepdure hotels. En inmiddels liep het tegen 8 uur, zonder kamer, zonder eten. Dat maakte dat we wat minder van de omgeving genoten dan die eigenlijk verdiende, want het meer was ongelooflijk mooi. In Küssnach zelf geen Zimmer frei te bekennen, alleen hotels. Bij één gevraagd: € 100,- per nacht. Niet dus. Dan maar doorgereden, weg van ’t meer, daar hopelijk meer geluk. En jawel, via een B&B die geen kamer vrij had op ’n oude boerderij terecht gekomen. Mevrouw keek wat ingewikkeld, ze had de bedden nog niet opgemaakt, maar dat zouden we met alle plezier zelf doen. Maar eerst nog ’n restaurant opzoeken. De aanwijzingen van de kamermevrouw bleken we onvoldoende begrepen te hebben om de Gasthof waarover ze sprak te vinden. vonden wel een pizzeria…goh…
Hup dan. Kamer Zwitserland. Maar niet getreurd, erg lekker bord pasta. Snel weer terug en toen bleek ze de bedden toch al opgemaakt te hebben. Het was een gigantisch huis waarin alleen de badkamer en keuken niet van hout leken. Verder alles, dus alles kraakte, was wat donker maar erg leuk. Route voor morgen gepland en geprogrammeerd en het bed in.

Maandag 1 juni 2009

Vanmorgen wakker geworden bij prachtig zonnig weer, het gefluit van vogels en geklingel van koeienbellen.  Lekker landelijk ontbijtje gehad in de eetkamer van de boerderij en vervolgens de motor opgestapt (regenpakken weer op de motor gefriemeld) en richting Duitsland gereden. De Alpen hadden we nu echt achter ons gelaten en we reden door ’t vlakkere gedeelte van Zwitserland. Tikkie naïef van me maar in mijn gedachten bestond Zwitserland natuurlijk alleen uit Alpen… Bij Waldshut Duitsland en daarmee het Schwartzwald ingereden. Heel anders dan wat we deze vakantie gezien hadden. Lager uiteraard dan Dolomieten en Alpen maar veel weidser. Geen rots-toppen meer maar een naaldbomentapijt. Veel plekken gezien waar we vorig jaar geweest waren. Leuk! Vanaf ongeveer Calmbach waren we eigenlijk zo’n beetje uitgetoerd. Ineens over de snelweg naar huis was een optie, maar toch nog wel erg ver. Dus een route gekozen, wel over de snelweg, maar door een gebied waar ’t ook leuk is als je er weer vanaf gaat. Van Karlsruhe richting St. Vith (Belgische Ardennen). Helaas betrok het wel weer ’n beetje dus de pakken weer aan gedaan. Even later de snelweg af, in de regen de 270 richting Idar-Oberstein…. Verhip, hier waren we al eens. Bij dat bankje gepauzeerd, weet nog hoe moe we waren, en jawel, bij dit “Privathaus Creutz” bij Wolfstein een kamer gehad. We hadden het er gisteren nog over maar wisten bij God niet meer hoe we toen, terug van Schwartzwald-vakantie, naar huis gereden waren dus al helemaal niet waar we dat kleine plaatsje, “Wolf….dinges” met dat aardige mensje moesten zoeken. Rijden we er stomtoevallig langs. Erheen gereden, aangebeld en ze was er wel maar helaas, geen kamer vrij. Pinksterfeest in het dorp dus geen plek in de buurt. Jammer, jammer, jammer. Even doorgereden nog tot Lauterecken en daar zat een Chinees met Fremdenzimmer. Prima kamer, goed eten, dus morgen kunnen we het laatste stukje naar huis, nog 350 km, weer aan

Dinsdag 2 juni 2009

Weinig spectaculairs meer te melden. Nog ’n mooi stukje binnenweg gereden op weg naar de snelweg en daarna was ‘t 300km immer grade aus. Halverwege nog één tussenstopje aan de snelweg en om 13.30 uur thuis. Met heftige ontwenningsverschijnselen, maar wat een reis om op terug te kijken. In alle opzichten fantastisch! Fantastisch gezelschap, fantastische motor, fantastische tochten, fantastisch weer, fantastisch appartement en blij dat we 4202 km gezond en wel zijn doorgekomen.
Dank u zeer, Lieve Heer!

Naar boven